Vaste lezers van deze blog weten het: ik hou van
zogenaamde ouwe lullen muziek. The Doors, Rolling Stones, Led Zeppelin, U2,
Jimi Hendrix, Pink Floyd, Bruce Springsteen, Nirvana, Pearl Jam, Alice in
Chains, David Bowie, noem al die grootheden die de Top 2000 al jaren domineren
maar op. Laatst was ik nog bij Metallica, ook zo’n ‘massive player’ in mijn
favorieten lijstje als het gaat om muziek. Mijn muzieksmaak is breed, want ik
hou ook van technobazen als Adam Beyer, Michael Mayer en Deborah de Luca, trancegoden
als Armin van Buren en Tiësto, maar ook Muse, Kasabian, Jay Z, Linkin Park en
dat soort genres komen voorbij op mijn playlist. En ja, als ik een bakkie te
veel op heb, dan bral ik mee met Hazes, Van Dik Hout, De Dijk, Henk Bernard en
alles wat daarna nog komt. Plus, ik heb ook nog een voorkeur voor de muziek die
in mijn favoriete televisieseries of films wordt gebruikt. Van de Sons of
Anarchy heb ik de hele playlist maar gedownload en gaat ook mee op een stickie
voor in de Dodge tijdens mijn Amerika-trip. Waar ik overigens kapot veel zin in
heb.
Ik heb ooit overwogen om een tattoo te nemen met daarin
een gitaar, een koptelefoon en een cassettebandje. Wat niet is kan nog komen,
maar dat idee staat voorlopig even in de ijskast. Want een tattoo is blijvend
en de ene dag heb je een hele andere muziekstemming dan de andere. Niet erg. Ik
hou het momenteel incidenteel bij bandshirts, al is het shirt van de Rolling
Stones, wat ik op de Vijzelgracht in Amsterdam gekocht heb, absoluut favoriet.
Grijs, beetje vaag en de onmiskenbare tong als het symbool van de Stones groot
en pontificaal in beeld. Ik heb shirts van Bowie, Jimi Hendrix en The Doors.
Een collectie die als het aan mij ligt snel aangevuld gaat worden. Niet
alledaags, maar comfortabel en totaal naar mijn smaak. Niks mis mee.
Ik zie ze vaker, bandshirts. In Amsterdam is de tong van
de Rolling Stones een hip straatbeeld geworden. En dan vooral bij jonge mensen.
Jonge mensen waarvan je niet verwacht dat ze een dergelijke muzieksmaak hebben.
Want die muzieksmaak past eigenlijk meer bij ouwe viezerikken, zou je denken.
En die muzieksmaak is er ook niet. Als je op Instagram
zit te kijken kom je regelmatig iemand tegen met een shirt van ‘The Dark Side
of the Moon’ van Pink Floyd. Prachtig shirt overigens, zwart met een driehoek
en een regenboog die langzaam zwart wordt. Zet er de tekst ‘Pink Floyd’ boven
en je weet dat je te maken hebt met een hip shirt. Ik vraag me dan oprecht af
of die mensen weten dat het geweldige nummer ‘Time’ van Pink Floyd op dat album
staat. Of wanneer men een Stones shirt draagt en je roept ‘whoo whoo’ dat ze
dan weten dat het om ‘Sympathy for the Devil’ gaat.
Ik had het er laatst met L over, over het fenomeen van de
bandshirts op straat. L is tegenwoordig verhuist, ze woont in haar nieuwe
Nirvana shirt. Maar van L weet ik zeker dat ze het album Nevermind op haar
Spotify lijst heeft staan. En toen we het er zo over hadden, helemaal over het
‘whoo whoo’gedeelte, toen voelde ze ineens de intense behoefte om een live
versie van ‘Sympathy for the Devil’ op te zetten. L heeft ook al zo’n brede
muzieksmaak en was er een tikje jaloers op dat ik naar Metallica ben geweest
van de week.
Het is best gek, dat ik vanachter mijn laptop zo iedereen
zit te veroordelen, want Nederland is (nog steeds) een vrij land en iedereen
mag aantrekken wat hij/zij/genderneutraal wil. En daar heb ik helemaal niks van
te vinden. Maar eigenlijk vind ik het een beetje belachelijk als je met je Pink
Floyd shirt naar Chris Brown, Justin Bieber of andere banga-muziek gaat
luisteren. Nogmaals, het is een vrij land, maar het is zo opgezocht. Een
afbeelding op een shirt is niet zomaar een afbeelding en aangezien iedereen
tegenwoordig alleen maar met zijn/haar/genderneutraal poten op
zijn/haar/genderneutraal mobieltje zit, is het zo opgezocht op Google. Jonge
mensen willen graag meepraten over van alles en nog wat. Dat begint bij jezelf.
Want voor je het weet belanden we in een generatie die WC papier als kleding
gaat kiezen. En met WC papier veeg je toch echt je reet af. Al kan dat met een
shirt van Bieber ook best.
En ik zeg niet dat ik er een hekel aan heb, maar ik vind
het gewoon irritant. Net zoals dat ik al die telefoons op een feestje of
concert irritant vind. Ligt het aan mij of gaat het hier om hoeveel mensen je
filmpje zien? Willen we allemaal wereldberoemde vloggers worden? Laatst bij
Metallica zat voor mij een gast het hele fucking concert op zijn mobiele
telefoon op te nemen. Kijk, het is niet erg om een paar korte filmpjes te
maken, dat doe ik zelf ook. Maar je koopt een kaart voor een niet gering tarief
van de band of artiest waar je naar uit kijkt, je bent one of the lucky few die
een kaartje heeft weten te bemachtigen en dan ga je de hele avond door je
telefoonscherm zitten kijken om vast te leggen wat je vast wil leggen. Dan mis
je de totale beleving van zo’n concert of feest. Gewoon irritant.
Wat nog meer irritant is? Een hoed. Dat is behoorlijk
irritant. Of je moet Clint Eastwood zijn in The Good, The Bad and The Ugly. Dan
is het cool. Maar niemand is Clint Eastwood.
Volgens mij ben ik aan vakantie toe.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten