Amateurvoetbal. Je ziet de nieuwsberichten wel eens
voorbij komen. 'Scheidsrechter gemolesteerd.' 'Amateurduel gestaakt wegens
massale vechtpartij.' 'Voetbalsupporters op de vuist na afloop
amateurwedstrijd.'
Het zijn de negatieve berichten die de pers halen en
stellen de miljoenen andere amateurvoetballers (m/v) in een kwaad daglicht. Dat
het anders kon, bleek zaterdag. Want zaterdag was het bij mijn eigen
amateurcluppie een bijzondere dag.
Ik moet eerst wat uitleggen. Mijn voetbaltalenten hebben
mij nooit verder gebracht dan een invalbeurtje bij het tweede elftal van de
plaatselijke voetbalclub. Ondanks dat vind ik het spelletje leuk genoeg om te
doen, om er naar te kijken en er flink over te discussiëren. Dat laatste is
misschien nog wel het allerleukste.
Maar goed. Als je niet zo heel goed bent, dan kom je bij
een elftal terecht wat in het zelfde schuitje zit. Waar het eerste elftal vol
zit met begin twintigers, aangevuld met mensen die richting het einde van de
dertig gaan, daar zitten bij de lagere elftallen alle leeftijden voor elkaar.
In 2006, op mijn 21e, kwam ik terecht in een elftal bij een teamgenoot,
waarover ik graag deze blog wil schrijven.
Deze teamgenoot, hij heeft dezelfde voornaam als ik, is
in 1971 begonnen bij mijn amateurcluppie en heeft alle wedstrijden keurig
netjes opgeschreven en bijgehouden. Begonnen als snelle en lange spits is hij
al jaren de lange rots in de branding die meedogenloos is voor spitsen die
'erlangs' willen. Gemeen? Nooit. Te laat? Soms. Want Kees is inmiddels 57 jaar.
57 jaar. En dan wekelijks actief op het voetbalveld.
Alleen dat is al een reden voor een bijzondere vermelding in de blog.
Maar bij Kees is het zo ontzettend veel meer dan dat.
Kees is in al zijn jaren de vriendelijkheid zelve geweest, sportief, fanatiek,
betrokken, grappig, een voorbeeld voor velen en bijzonder actief voor de
vereniging. Want naast het actief voetballen is hij betrokken bij de indeling
van de lagere elftallen, hij traint de lagere elftallen elke dinsdag, hij helpt
daar waar kan en zelfs nog veel meer. Sinds dat ik bij Kees in het elftal ben
komen voetballen, in september 2006, baal ik er iedere keer van als ik niet kan
voetballen. Er wil bij mij nog wel eens een blessure of een lastige planner op
het werk roet in het eten gooien. Afzeggen doe ik sowieso niet graag, laat
staan bij iemand die de bulten op zijn rug regelt om een elftal zaterdags
paraat te krijgen.
Kees is een legende, die geliefd is bij clubmensen,
(voormalig) teamgenoten en tegenstanders. Zijn inzet met schoenmaat 49 is
bekend en berucht, maar gemeen zal het nooit worden.
Afgelopen zaterdag was het een bijzondere dag bij ons
amateurcluppie. Want Kees, die dus alle wedstrijden bij had gehouden vanaf het
begin, speelde zijn duizendste wedstrijd. Duizend. 1.000. Zoveel wedstrijden
dus. 1.000. Bijna niet voor te stellen.
Ik voelde me dermate bijzonder dat ik mee 'mocht' doen
tijdens de duizendste wedstrijd van Kees, dat ik mezelf de vrijdag ervoor in de
Gamerse feesttent in heb gehouden voor wat betreft het alcoholgeweld. Ik heb de
zaterdag mijn hamstringblessure even gelaten voor wat 'ie was, want afzeggen
was bij deze wedstrijd geen optie.
Ik had voor de wedstrijd lichte zenuwen, iets wat ik
normaal nooit heb. Normaal kom ik, al dan niet met een beste kater, een halfuur
voor de aftrap de kleedkamer ingerold, kleed me om, loop 4x heen en weer als warmingup
en ga dan zien wat er van komt. Dat was afgelopen wel anders.
En als je in een vijfde elftal speelt, dan is de aandacht
niet al te grandioos. Wekelijks zijn er voldoende kaarten te krijgen voor een
plekje langs de lijn bij het vijfde elftal. Logisch ook, want het voetbal wordt
allemaal wat minder.
Ook dat was afgelopen zaterdag wel anders. Er was een
heuse lunch voorafgaand aan de wedstrijd, vakkundig in elkaar gezet door de
organisatie. Er waren genodigden, het elftal was meer dan compleet en met mooie
speeches en beelden hadden we een gedegen voorbereiding op de wedstrijd. Zelfs
de clubfotograaf, die normaal gesproken fraaie plaatjes schiet bij het eerste
elftal, was aanwezig. Niet alleen tijdens de lunch en de speeches, maar waar
hij normaal bij het eerste elftal de wedstrijdfoto's maakt, zat hij nu bij het
vijfde langs de lijn.
Met een vol terras, een wel erg warm zonnetje (joh),
begonnen we aan de wedstrijd waarover ik helaas kort kan zijn. 0-0 en er was
niet veel aan. Hier en daar een kansje gemist en het werd al snel duidelijk
waar komende dinsdag op getraind moet gaan worden: afwerken op goal. Want ik
kreeg het voor mekaar om een bal van vijf meter, die perfect aangegeven werd,
recht op de keeper af te koppen in plaats van een hoekje uit te kiezen. Een
gewonnen wedstrijd is toch een stuk leuker, al was het feest er achteraf niet
minder om. Als mijn hamstring het toelaat, dan ben ik er zaterdag weer bij om
de gemiste kansen (vorige week miste ik een kans, niet normaal) hopelijk goed
te maken.
Met mooie woorden van de voorzitter én van de
tegenstander sloten we een mooie voetbalzaterdag af, die zijn vervolg kreeg in
de Gamerse feesttent. De voorzitter had contact gehad met de KNVB en er werd
vanuit de KNVB gezegd dat Kees pas de vijfde voetballer in Nederland was, die
het voor elkaar gekregen had om de 1.000 vol te maken. Vijf. Slechts vijf. Op
al die miljoenen amateurvoetballers die wekelijks op de Nederlandse velden ten
strijde trekken voor een goed resultaat. Sjaak Swart schijnt er trouwens bij te
horen.
De Engelsen hebben daar een prachtig woord voor: Legend.
Absolute Legend.
Kees, mocht je dit lezen, het was een eer om bij je
1.000e wedstrijd aanwezig te mogen zijn. Al was dat bij al die andere die we
samen gespeeld hebben en die we nóg gaan spelen ook altijd al zo. Het hoogtepunt was uiteraard het kampioenschap met het vierde in 2007, maar ik moet je bekennen dat het voor mij ook al een hoogtepunt is als ik een spits de 1 tegen 1 met jou zien doen. Elke wedstrijd weer. Ik hoop dat je genoten heb, ouwe schuppert ;-)