“Jij nog altijd vrijgezel joh?” Ik zie de collega een
beetje verbaasd kijken als hij ziet dat ik nee-schuddend reageer op de vraag of
ik al aan de vrouw ben. Het is al een tijdje geleden dat we elkaar gezien
hebben en bij beiden is er nog niks veranderd: hij nog steeds een gelukkig
getrouwde vader, ik nog steeds vrijgezel. Ondanks de druk van de buitenwereld,
want ‘jij moet ook nodig eens aan de vrouw.’ Het is een jaarlijks terugkerend
fenomeen en ik moet erbij zeggen dat het sommige momenten best kriebelt. Zo
rond de Kerst meestal, als iedereen met goede voornemens komt voor het
aanstaande jaar.
Overigens. Ik wil met deze blog niet de ‘oh wat is hij
zielig’ reactie opwekken. Of erger. Namelijk de ‘er is vast voor jou ook
iemand’ reactie. Want ik weet best dat die iemand er is.
Het is soms alleen zo verrekte ingewikkeld.
En dan klinkt het nog best makkelijk. Er zijn knappe
mensen genoeg. En leuke knappe mensen ook. Als je daar degene tussenuit filtert
die dat ook van jou vind, zit je gebakken. Zo zou je denken. Alleen is niet
iedereen die knap en leuk is relatiemateriaal. Vreselijk woord trouwens, maar
die stelling maakt het dus ingewikkeld. Ik zal hieronder een paar voorbeelden
opschrijven.
Onderstaande voorbeelden zijn trouwens
geromantiseerd/aangedikt op wat er gebeurd is. Aangevuld omdat het goed past in
het verhaal. Net als bij een politieserie zijn onderstaande voorbeelden geen
daadwerkelijke feiten en berust elke gelijkenis op puur toeval.
Voorbeeld A. We leven tegenwoordig op de schermen van
onze smartphones en onze tablets. We lezen veel, we appen veel. En dan app je
vanzelf een keer met iemand die jou leuk vindt. Niks mis mee. Het probleem wat
kan ontstaan is dat iemand het ‘appen’ leuk kan gaan vinden, dus dat diegene in
feite gevoelens krijgt bij datgene wat op een scherm staat. Terwijl ik weet dat
appen en ‘het eggie’ iets heel anders is. Wat gebruik ik veel aanhalingstekens
trouwens
Je kan het hartstikke leuk met iemand hebben en ook
sorry mam en zussen tussen de lakens kan het niet ongezellig zijn, maar dat
wil niet zeggen dat, dat degene is met wie je ‘het’ aandurft. Als bij de één gevoelens komen kijken bij de
gezelligheid en bij de ander niet, dan wordt het lastig. Je wilt niemand aan
het lijntje houden, want iemand bewust aan het lijntje houden is vreselijk. Ik
heb het zelf ondervonden en dat gun je niemand. Je kan beter je favoriete
voetbalploeg met 2-0 onderuit zien gaan tegen de aartsrivaal dan dat je aan het
lijntje gehouden wordt. Spelen met gevoel, je doet het niet.
Voorbeeld B. En dan is er iemand die voldoet aan de eis
dat ze knap is. Leuk ook wel, maar je kent ‘r nog niet genoeg om erachter te
komen of dat het wat is. En daar wil je achter komen. Omdat mensen drukke
levens leven, is het contact onderhouden moeilijk. Voeg je iemand toe op
Facebook? Heb je dat al gedaan, maar vind je chatten via Facebook Messenger
klote? Heb je d’r nummer, maar wil je niet als een opdringerige klootzak
overkomen? Het liefst zie ik iemand gewoon face-to-face, maar dat kan lang niet
altijd. De ‘Kom je bij mij een filmpje kijken’ vraag mijd ik altijd als de
pest, want die vraag kan totaal het tegenovergestelde van het doel insinueren.
Afspreken in de stad is een prima optie, maar dan moet je beiden maar net
kunnen. En zo lang ik heen en weer pendel tussen Amsterdam en Den Bosch wordt
dat ook een stuk lastiger.
Voorbeeld C. Oké. Ze is knap, want dat kan je zien. Ze is
leuk, want je denkt dat je d’r een beetje kent. Ik ben van mening dat je een
relatie met iemand neemt omdat dat een maatje van je is waar je elke ochtend
naast wakker wil worden, een maatje dat op je wacht als je ’s avonds laat thuis
komt van het werken. Een maatje waar je leuke en spannende dingen mee wil doen.
Dan begint het al ergens op te lijken.
Mijn Tindergeschiedenis heeft het volgende
onderzoeksresultaat opgeleverd: Elke date die eindigt tussen de lakens is niet
voor herhaling vatbaar. Voorbeelden van positieve Tinder-relaties zijn er
genoeg, ik geloof er niet in.
Met mijn Tindergeschiedenis in mijn achterhoofd is het
dus zaak om niet iemand direct te bespringen, wanneer er thee en Milka
geserveerd worden bij een goede serie op Netflix die samen gekeken wordt. En
als er dan gezellig bij gekletst wordt, dan ga je de avond niet verzieken door
een laffe versierpoging die wel eens faliekant kan mislukken. Nee, dat probeer
je een beetje op te bouwen. Tot een tweede ‘thee, Milka en Netflix’ avond. En
als ze dan niet terug gaat naar d’r ex-vriend en ineens aan kinderen gaat
beginnen, dan kan er nog een stap gezet worden.
Helaas bleef ik weer eens bij stap 2 hangen.
Voorbeeld D, het laatste voorbeeld. Een stapavond in de
zomer, hartstikke gezellig. Clichématiger kan bijna niet, want ik kende d’r
echt ergens van. Zij herinnerde zich het ook waar we elkaar van kenden. De drank, de
muziek, dansen en de precieze hoeveelheid Hugo Boss Bottled deden de rest.
Nummers werden uitgewisseld en ja, waarom niet gelijk op
Facebook en Instagram d’r mee. Met nog steeds mijn Tindergeschiedenis in
gedachten is het die avond bij kussen gebleven. Niks mis mee, het rupsje in m’n
buik ging zich inpakken in het coconnetje. Want hier konden wel eens vlinders
onstaan.
Veel appen, alles kapot liken op social media. Poppetjes
met hartjes in de ogen als reacties op foto’s.
En wederom thee met chocola en leuke gesprekken op de
bank. Met een kus als afscheid. Het rupsje in het coconnetje begon langzaam in
een vlindertje te veranderen.
Door de afstand en ongunstige werktijden werd het appen
en snapchatten. Dat had ik inmiddels ook ontdekt. De ene selfie was nog niet gestuurd
of er kwam een andere selfie binnen. Allemaal '18 min' materiaal, dus ik kan het
allemaal keurig opschrijven.
En toen werd er eindelijk weer eens afgesproken voor een
bakkie thee. Waarbij er gezegd werd dat de vorige relatie toch de sporen had
achtergelaten en dat er even niet aan
mannen werd gedaan. De heerlijke kus bij het afscheid werd vervangen door drie
laffe kusjes op de wang en het appen en snapchatten verwaterde als een raketje
met 35 graden Celsius.
2 maanden later zie ik op Facebook dat ze een relatie
heeft.
En het pijnlijkst is misschien nog wel voorbeeld D. Je
zou zeggen aan het lijntje houden en dus BOE, maar dat zo voelde het gelukkig
niet. Wat ik pijnlijk vond is dat ik een stukje eerlijkheid miste, de
eerlijkheid die het belangrijkste is in een relatie. Had zij gezegd: “Sorry
Kees, ik vind dat je een tyfuskop hebt, dus het wordt ‘m niet,” dan had ik d’r
nog gelijk gegeven ook. Maar kom alsjeblieft niet met die slappe 2 HAVO “Ik
vind je aardig maar verder niks” shit aan. Terwijl je me niet eens kent, dus
hoe kan je me dan aardig vinden?
Zo past ongetwijfeld vast op elk potje een deksel en in
veel gevallen op elk potje een potje. En daar is niks mis mee. Het is alleen
een klein beetje jammer dat bij mij tot nu het potje iedere keer van de
vensterbank afvalt op het moment dat er een deksel omgedraaid gaat worden.
Een heel klein beetje jammer maar hoor. Het duurt
gelukkig nog eventjes voor dat het Kerst is.