donderdag 22 februari 2018

Wanhopig? Ja of nee?

“Jij nog altijd vrijgezel joh?” Ik zie de collega een beetje verbaasd kijken als hij ziet dat ik nee-schuddend reageer op de vraag of ik al aan de vrouw ben. Het is al een tijdje geleden dat we elkaar gezien hebben en bij beiden is er nog niks veranderd: hij nog steeds een gelukkig getrouwde vader, ik nog steeds vrijgezel. Ondanks de druk van de buitenwereld, want ‘jij moet ook nodig eens aan de vrouw.’ Het is een jaarlijks terugkerend fenomeen en ik moet erbij zeggen dat het sommige momenten best kriebelt. Zo rond de Kerst meestal, als iedereen met goede voornemens komt voor het aanstaande jaar.

Overigens. Ik wil met deze blog niet de ‘oh wat is hij zielig’ reactie opwekken. Of erger. Namelijk de ‘er is vast voor jou ook iemand’ reactie. Want ik weet best dat die iemand er is.

Het is soms alleen zo verrekte ingewikkeld.

En dan klinkt het nog best makkelijk. Er zijn knappe mensen genoeg. En leuke knappe mensen ook. Als je daar degene tussenuit filtert die dat ook van jou vind, zit je gebakken. Zo zou je denken. Alleen is niet iedereen die knap en leuk is relatiemateriaal. Vreselijk woord trouwens, maar die stelling maakt het dus ingewikkeld. Ik zal hieronder een paar voorbeelden opschrijven.

Onderstaande voorbeelden zijn trouwens geromantiseerd/aangedikt op wat er gebeurd is. Aangevuld omdat het goed past in het verhaal. Net als bij een politieserie zijn onderstaande voorbeelden geen daadwerkelijke feiten en berust elke gelijkenis op puur toeval.

Voorbeeld A. We leven tegenwoordig op de schermen van onze smartphones en onze tablets. We lezen veel, we appen veel. En dan app je vanzelf een keer met iemand die jou leuk vindt. Niks mis mee. Het probleem wat kan ontstaan is dat iemand het ‘appen’ leuk kan gaan vinden, dus dat diegene in feite gevoelens krijgt bij datgene wat op een scherm staat. Terwijl ik weet dat appen en ‘het eggie’ iets heel anders is. Wat gebruik ik veel aanhalingstekens trouwens
Je kan het hartstikke leuk met iemand hebben en ook sorry mam en zussen tussen de lakens kan het niet ongezellig zijn, maar dat wil niet zeggen dat, dat degene is met wie je ‘het’ aandurft.  Als bij de één gevoelens komen kijken bij de gezelligheid en bij de ander niet, dan wordt het lastig. Je wilt niemand aan het lijntje houden, want iemand bewust aan het lijntje houden is vreselijk. Ik heb het zelf ondervonden en dat gun je niemand. Je kan beter je favoriete voetbalploeg met 2-0 onderuit zien gaan tegen de aartsrivaal dan dat je aan het lijntje gehouden wordt. Spelen met gevoel, je doet het niet.

Voorbeeld B. En dan is er iemand die voldoet aan de eis dat ze knap is. Leuk ook wel, maar je kent ‘r nog niet genoeg om erachter te komen of dat het wat is. En daar wil je achter komen. Omdat mensen drukke levens leven, is het contact onderhouden moeilijk. Voeg je iemand toe op Facebook? Heb je dat al gedaan, maar vind je chatten via Facebook Messenger klote? Heb je d’r nummer, maar wil je niet als een opdringerige klootzak overkomen? Het liefst zie ik iemand gewoon face-to-face, maar dat kan lang niet altijd. De ‘Kom je bij mij een filmpje kijken’ vraag mijd ik altijd als de pest, want die vraag kan totaal het tegenovergestelde van het doel insinueren. Afspreken in de stad is een prima optie, maar dan moet je beiden maar net kunnen. En zo lang ik heen en weer pendel tussen Amsterdam en Den Bosch wordt dat ook een stuk lastiger.

Voorbeeld C. Oké. Ze is knap, want dat kan je zien. Ze is leuk, want je denkt dat je d’r een beetje kent. Ik ben van mening dat je een relatie met iemand neemt omdat dat een maatje van je is waar je elke ochtend naast wakker wil worden, een maatje dat op je wacht als je ’s avonds laat thuis komt van het werken. Een maatje waar je leuke en spannende dingen mee wil doen. Dan begint het al ergens op te lijken.
Mijn Tindergeschiedenis heeft het volgende onderzoeksresultaat opgeleverd: Elke date die eindigt tussen de lakens is niet voor herhaling vatbaar. Voorbeelden van positieve Tinder-relaties zijn er genoeg, ik geloof er niet in.
Met mijn Tindergeschiedenis in mijn achterhoofd is het dus zaak om niet iemand direct te bespringen, wanneer er thee en Milka geserveerd worden bij een goede serie op Netflix die samen gekeken wordt. En als er dan gezellig bij gekletst wordt, dan ga je de avond niet verzieken door een laffe versierpoging die wel eens faliekant kan mislukken. Nee, dat probeer je een beetje op te bouwen. Tot een tweede ‘thee, Milka en Netflix’ avond. En als ze dan niet terug gaat naar d’r ex-vriend en ineens aan kinderen gaat beginnen, dan kan er nog een stap gezet worden.
Helaas bleef ik weer eens bij stap 2 hangen.

Voorbeeld D, het laatste voorbeeld. Een stapavond in de zomer, hartstikke gezellig. Clichématiger kan bijna niet, want ik kende d’r echt ergens van. Zij herinnerde zich het ook  waar we elkaar van kenden. De drank, de muziek, dansen en de precieze hoeveelheid Hugo Boss Bottled deden de rest.
Nummers werden uitgewisseld en ja, waarom niet gelijk op Facebook en Instagram d’r mee. Met nog steeds mijn Tindergeschiedenis in gedachten is het die avond bij kussen gebleven. Niks mis mee, het rupsje in m’n buik ging zich inpakken in het coconnetje. Want hier konden wel eens vlinders onstaan.
Veel appen, alles kapot liken op social media. Poppetjes met hartjes in de ogen als reacties op foto’s.
En wederom thee met chocola en leuke gesprekken op de bank. Met een kus als afscheid. Het rupsje in het coconnetje begon langzaam in een vlindertje te veranderen.
Door de afstand en ongunstige werktijden werd het appen en snapchatten. Dat had ik inmiddels ook ontdekt. De ene selfie was nog niet gestuurd of er kwam een andere selfie binnen. Allemaal '18 min' materiaal, dus ik kan het allemaal keurig opschrijven.
En toen werd er eindelijk weer eens afgesproken voor een bakkie thee. Waarbij er gezegd werd dat de vorige relatie toch de sporen had achtergelaten en dat er even  niet aan mannen werd gedaan. De heerlijke kus bij het afscheid werd vervangen door drie laffe kusjes op de wang en het appen en snapchatten verwaterde als een raketje met 35 graden Celsius.
2 maanden later zie ik op Facebook dat ze een relatie heeft.

En het pijnlijkst is misschien nog wel voorbeeld D. Je zou zeggen aan het lijntje houden en dus BOE, maar dat zo voelde het gelukkig niet. Wat ik pijnlijk vond is dat ik een stukje eerlijkheid miste, de eerlijkheid die het belangrijkste is in een relatie. Had zij gezegd: “Sorry Kees, ik vind dat je een tyfuskop hebt, dus het wordt ‘m niet,” dan had ik d’r nog gelijk gegeven ook. Maar kom alsjeblieft niet met die slappe 2 HAVO “Ik vind je aardig maar verder niks” shit aan. Terwijl je me niet eens kent, dus hoe kan je me dan aardig vinden?

Zo past ongetwijfeld vast op elk potje een deksel en in veel gevallen op elk potje een potje. En daar is niks mis mee. Het is alleen een klein beetje jammer dat bij mij tot nu het potje iedere keer van de vensterbank afvalt op het moment dat er een deksel omgedraaid gaat worden.

Een heel klein beetje jammer maar hoor. Het duurt gelukkig nog eventjes voor dat het Kerst is.