vrijdag 21 oktober 2016

Weg met Kees: De Klassieker deel 2

Zondag staat hij weer op het programma in de Eredivisie: De enige echter Klassieker tussen Feyenoord en Ajax. In Rotterdam nemen de nummer 1 en 2 van de ranglijst het tegen elkaar op. Ik ben er een aantal keer geweest, in Rotterdam tijdens de Klassieker. In het uitvak.  Toen de supporters van beide kanten nog mochten komen. In de volgende drie blogs blik ik terug op  mijn bijzondere ontmoetingen tussen Feyenoord en Ajax in Rotterdam. Vandaag deel 2: De eerste keer.

Ik was veertien, bijna vijftien. Toen mocht ik voor het eerst mee naar De Klassieker. In het uitvak. Met de trein mee. De verplichte trein, dat dan weer wel, maar oké. Dat hoorde er inmiddels bij. Ik was ook al vaak genoeg met de bus mee naar een uitwedstrijd van Ajax geweest en dat was ook vanwege die veiligheidsredenen omdat er te veel randddebielen zijn die mekaar de hersens in slaan omdat de één voor club X is en de ander voor club Y. Daar is nu eenmaal niks aan te doen.
Voordat ik ga vertellen over mijn eerste keer Feyenoord – Ajax, een kleine flashback naar mijn allereerste uitwedstrijd van Ajax. Met de bus. Vitesse-uit, begin 1998. Ik was net twaalf. Bij aankomst werd ik gefouilleerd, heel toevallig door een vrouwelijke steward. Ik weet dat ze lelijk en oud was en meurde als de hel. Stond de hele F-side het vrouwtje uit te maken voor pedofiel. Met een mannetje of vierhonderd. Kennelijk voetbalhumor, want ik zag dat ze er aardig om kon lachen. Ik dus ook.

Goed, de eerste keer Feyenoord – Ajax. Seizoen 2000/2001. Feyenoord supporters weten wat er nu komt. Ik zal het voor de anderen ook alvast verklappen: Feyenoord won die wedstrijd door een wereldgoal van Tomasson en een toen nog ongrijpbare Leonardo. Het werd 3-1 voor de Rotterdammers. Ik weet nog dat Ajax toen een piepjong team had, bijna nog jonger dan het team van nu, met een 17-jarige Van de Vaart op het middenveld en Youssouf Hersi. Dat wereldtalent, dat niet verder zou komen dan amper 10 potjes in het eerste van Ajax. Co Adriaanse was trainer en Ajax speelde in dat afschuwelijke blauw-gele uitshirt. Het eerste uitshirt van Adidas. Veel besproken.

Echt goed weten doe ik het niet meer, ik weet dat het in een donkere maand was. En het was kutweer. Echt hondenweer. Heerlijk weer om te voetballen. Het was koud. En het was vroeg, bij die Arena. In de trein en naar Rotterdam. Roken deed ik officieel nog niet, dus op die manier kon ik me niet warm houden. Drinken werd er niet verkocht in de trein, dat kon pas bij het stadion. Stilletjes ging ik mee. Aan de hand van mijn grote neef, zoals hij mij als klein manneke al mee nam naar De Meer. Daar zag ik Overmars. En Litmanen. En Rijkaard. En Seedorf. En Kluivert.

Mijn eerst bezochte Klassieker in De Kuip werd een nederlaag voor mijn cluppie. Ik kwam er later achter dat de 'eerste keer' vaker een pijnlijke en minder fijne ervaring kan zijn.

Nu gingen we dus naar De Kuip en hij had me een aantal dingen op het hart gedrukt:
-          Dat ik dicht bij hem moest blijven;
-          Dat als we elkaar kwijt waren, ik een steward op moest zoeken;
-          Dat als het vechten werd, ik weg moest rennen;
-          Dat als de ME op linie met de helm op stond dat ik normaal moest doen;
-          Dat als de ME voor je stond met de wapenstok in de hand, dat ik weg moest wezen;
-          Dat als we drinken gingen halen, dat ik voor moest dringen;
-          Dat als ik een broodje kroket bestelde, net zo lang moest wachten tot ze het neer zetten en dan om een zakje mosterd vragen. Moesten ze weer omdraaien, had je een gratis broodje kroket;

Het is later bij me doorgedrongen, maar de haat die er heerst tussen de beide supportersgroepen, hoe dat uitstraalt naar elkaar, hoe dat in woorden naar elkaar geroepen wordt… Dat is amper onder woorden te brengen. Een middagje Feyenoord – Ajax levert meer ziekteverwensingen op dan een heel jaar in de Haagse Schilderswijk. Een middagje Feyenoord – Ajax levert ongeveer 15 duizend overstrekte middelvingers op. Een middagje Feyenoord – Ajax levert liters bier op, wat van de één naar de andere kant werd gegooid. En dat is zonde. Want als je bier hebt, dan zuip je dat op. Of het nou donderdagmiddag, zaterdagavond of maandagochtend is. Bier flikker je niet weg. Punt.


Tijdens mijn eerste Feyenoord – Ajax won dus de thuisploeg. En nu kan ik heel stoer gaan zitten zeggen dat dat de enige keer is dat ik de thuisploeg heb zien winnen, maar dat was niet zo. In het seizoen 2005/2006, met een pegel van Feyenoorder Dirk Kuijt won de thuisploeg ook, met 3-2. Een nederlaag met een historisch randje. Want het was de eerste competitiegoal van een piepjonge Klaas Jan Huntelaar voor Ajax. Velen zouden er nog volgen. Dat kon niet gezegd worden van thuisoverwinningen van Feyenoord op Ajax. En áls ze dan winnen, net als de laatste keer in 2012, dan wordt de Coolsingel klaargezet. Want Feyenoord heeft van Ajax gewonnen. En dat telt in Rotterdam. In Amsterdam vinden ze dat er iets anders telt. De eindstand na 34 wedstrijden. Wie er dan bovenaan staat. Misschien ligt het daar aan. Die drie sterren op het shirt. 

Deze blog delen op je sociale media? Gebruik één van de onderstaande buttons!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten