Zondag staat hij weer op het programma in de Eredivisie:
De enige echter Klassieker tussen Feyenoord en Ajax. In Rotterdam nemen de
nummer 1 en 2 van de ranglijst het tegen elkaar op. Ik ben er een aantal keer
geweest, in Rotterdam tijdens de Klassieker. In het uitvak. Toen de supporters van beide kanten nog
mochten komen. In de volgende drie blogs blik ik terug op mijn bijzondere ontmoetingen tussen Feyenoord
en Ajax in Rotterdam. Vandaag deel 2: De eerste keer.
Ik was veertien, bijna vijftien. Toen mocht ik voor het
eerst mee naar De Klassieker. In het uitvak. Met de trein mee. De verplichte
trein, dat dan weer wel, maar oké. Dat hoorde er inmiddels bij. Ik was ook al
vaak genoeg met de bus mee naar een uitwedstrijd van Ajax geweest en dat was
ook vanwege die veiligheidsredenen omdat er te veel randddebielen zijn die
mekaar de hersens in slaan omdat de één voor club X is en de ander voor club Y.
Daar is nu eenmaal niks aan te doen.
Voordat ik ga vertellen over mijn eerste keer Feyenoord –
Ajax, een kleine flashback naar mijn allereerste uitwedstrijd van Ajax. Met de
bus. Vitesse-uit, begin 1998. Ik was net twaalf. Bij aankomst werd ik
gefouilleerd, heel toevallig door een vrouwelijke steward. Ik weet dat ze
lelijk en oud was en meurde als de hel. Stond de hele F-side het vrouwtje uit te maken voor pedofiel. Met een mannetje of
vierhonderd. Kennelijk voetbalhumor, want ik zag dat ze er aardig om kon
lachen. Ik dus ook.
Goed, de eerste keer Feyenoord – Ajax. Seizoen 2000/2001.
Feyenoord supporters weten wat er nu komt. Ik zal het voor de anderen ook
alvast verklappen: Feyenoord won die wedstrijd door een wereldgoal van Tomasson
en een toen nog ongrijpbare Leonardo. Het werd 3-1 voor de Rotterdammers. Ik
weet nog dat Ajax toen een piepjong team had, bijna nog jonger dan het team van
nu, met een 17-jarige Van de Vaart op het middenveld en Youssouf Hersi. Dat
wereldtalent, dat niet verder zou komen dan amper 10 potjes in het eerste van
Ajax. Co Adriaanse was trainer en Ajax speelde in dat afschuwelijke blauw-gele
uitshirt. Het eerste uitshirt van Adidas. Veel besproken.
Echt goed weten doe ik het niet meer, ik weet dat het in
een donkere maand was. En het was kutweer. Echt hondenweer. Heerlijk weer om te
voetballen. Het was koud. En het was vroeg, bij die Arena. In de trein en naar
Rotterdam. Roken deed ik officieel nog niet, dus op die manier kon ik me niet
warm houden. Drinken werd er niet verkocht in de trein, dat kon pas bij het
stadion. Stilletjes ging ik mee. Aan de hand van mijn grote neef, zoals hij mij
als klein manneke al mee nam naar De Meer. Daar zag ik Overmars. En Litmanen.
En Rijkaard. En Seedorf. En Kluivert.
Mijn eerst bezochte Klassieker in De Kuip werd een nederlaag voor mijn cluppie. Ik kwam er later achter dat de 'eerste keer' vaker een pijnlijke en minder fijne ervaring kan zijn.
Nu gingen we dus naar De Kuip en hij had me een aantal
dingen op het hart gedrukt:
-
Dat ik dicht bij hem moest blijven;
-
Dat als we elkaar kwijt waren, ik een steward op
moest zoeken;
-
Dat als het vechten werd, ik weg moest rennen;
-
Dat als de ME op linie met de helm op stond dat
ik normaal moest doen;
-
Dat als de ME voor je stond met de wapenstok in
de hand, dat ik weg moest wezen;
-
Dat als we drinken gingen halen, dat ik voor
moest dringen;
-
Dat als ik een broodje kroket bestelde, net zo
lang moest wachten tot ze het neer zetten en dan om een zakje mosterd vragen.
Moesten ze weer omdraaien, had je een gratis broodje kroket;
Het is later bij me doorgedrongen, maar de haat die er
heerst tussen de beide supportersgroepen, hoe dat uitstraalt naar elkaar, hoe
dat in woorden naar elkaar geroepen wordt… Dat is amper onder woorden te
brengen. Een middagje Feyenoord – Ajax levert meer ziekteverwensingen op dan
een heel jaar in de Haagse Schilderswijk. Een middagje Feyenoord – Ajax levert
ongeveer 15 duizend overstrekte middelvingers op. Een middagje Feyenoord – Ajax
levert liters bier op, wat van de één naar de andere kant werd gegooid. En dat
is zonde. Want als je bier hebt, dan zuip je dat op. Of het nou donderdagmiddag,
zaterdagavond of maandagochtend is. Bier flikker je niet weg. Punt.
Tijdens mijn eerste Feyenoord – Ajax won dus de
thuisploeg. En nu kan ik heel stoer gaan zitten zeggen dat dat de enige keer is
dat ik de thuisploeg heb zien winnen, maar dat was niet zo. In het seizoen
2005/2006, met een pegel van Feyenoorder Dirk Kuijt won de thuisploeg ook, met
3-2. Een nederlaag met een historisch randje. Want het was de eerste
competitiegoal van een piepjonge Klaas Jan Huntelaar voor Ajax. Velen zouden er
nog volgen. Dat kon niet gezegd worden van thuisoverwinningen van Feyenoord op
Ajax. En áls ze dan winnen, net als de laatste keer in 2012, dan wordt de
Coolsingel klaargezet. Want Feyenoord heeft van Ajax gewonnen. En dat telt in
Rotterdam. In Amsterdam vinden ze dat er iets anders telt. De eindstand na 34
wedstrijden. Wie er dan bovenaan staat. Misschien ligt het daar aan. Die drie
sterren op het shirt.
Deze blog delen op je sociale media? Gebruik één van de onderstaande buttons!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten