maandag 15 januari 2018

Fake Taxi


Een weekendje London met de mannen. Laat het woordje ‘weekendje’ maar weg en verander het in een bliksembezoekje: een vlucht op zaterdag, een wedstrijd in de Engelse Premier League, wat bier en burgers, een overnachting en op zondag weer terug. Oh ja. Met heel veel lol.

De ingredienten voor een geslaagd weekend zijn niet heel moeilijk: gooi 6 Brabantse boeren in een Easyjet naar London, allemaal een passie voor voetbal en de derde helft en een hoop kasverrotte praat. Meer is er niet nodig. Afgelopen weekend gingen we, na een mooie aanbieding op internet. ‘De wedstrijd begint om half 7 ’s avonds, kunnen we van te voren mooi de stad nog even gaan bekijken.’

Ik hoor het ze nog zeggen.

Want dat London is nog steeds kapot groot. Ik was er al eens, 5 jaar geleden alweer, en had in 5 dagen amper de tijd om te beseffen hoe groot die stad is. Onoverzichtelijk groot. Maar wel een mooie stad. Mooie, traditionele gebouwen en woningen. En of je nu in de buurt van Clapham zit of in de wijk Kensington, het is allemaal even mooi gebouwd. De 2018 editie van London baby speelde zich voornamelijk af op drie plekken: Het Ibis hotel in de wijk Kensington, Wembley Stadium en de omgeving van James Street.

De mannen keken hun ogen uit en waren nogal verbaasd dat de afstand tussen het vliegveld en het hotel ongeveer de afstand tussen Eindhoven en Amsterdam was. Heel anders dan wanneer je op Schiphol aankomt, waar je een kwartiertje later op de Dam staat te koekeloeren. Of in Barcelona, waar je een half uur na aankomst via 1 buslijn op Placa Catalunya staat en zo rechtsaf de Ramblas op loopt.
En als je dan op zaterdagochtend aankomt op een Londons vliegveld en de treinen blijken niet te rijden dan blijkt dat de taxiprijzen zich hebben afgestemd op de wat grotere afstanden: voor niet te veel geld werden wij bij het Liverpool Street station afgedropt, waar we de metro namen naar de Westminister Bridge en de Big Ben. Die laatste stond overigens geheel in de steigers en dat leverde vooral wat ‘nou deh wers’ op. Shuffelen op de Westminister Bridge zat er niet in, want de zaterdagmiddagspits in London is kwalitatief uitermate teleurstellend. Na het hoekje Westminister Abbey, het parlementsgebouw en de standbeeld van Churchill te hebben gezien, werd het tijd voor een biertje in de pub. Het werden er twee, uiteraard halve liters.

Nog een kleine anekdote over het vliegveld trouwens: toen wij erachter kwamen dat er geen treinen reden, hoorde een gezinnetje van drie dat wij hierover behoorlijk aan het godverren. Vader (halverwege de 40), zoon (net 15) begrepen ons door niks te zeggen en natuurlijk moest de kortpittige moeder met bril weer eens lachend brallen met veel te scherpe stem dat we beter naar Chelsea hadden kunnen gaan, net als hun. Toen ik daarop reageerde dat als ik naar ouwe meuk wilde gaan kijken, dat ik dan wel in Holland had gebleven en naar de Kuip had gegaan vonden ze een verdere discussie zinloos en liepen we richting de taxistandplaats. Achteraf zouden we trouwens gelijk krijgen, door naar een wedstrijd van Tottenham Hotspur te gaan in plaats van naar Chelsea.

Want Tottenham speelde een berepot tegen Everton en het won met 4-0 van de ploeg uit Liverpool, terwijl Chelsea niet scoorde tegen Leicester City. En het stadion was fantastisch. Van binnen. De buitenkant lijkt net op een gepimpte versie van de Bijenkorf en toen we op de roltrap stonden om naar onze plekjes te gaan, leek het net alsof ik in de Primark op het Damrak stond. De plek in het stadion (pal op de middellijn) maakte veel goed, de wedstrijd des te meer. Everton liet zien dat het een speler als Davy Klaassen niet eens waard is, met dat afbraakvoetbal wat ze spelen. Wayne Rooney speelde wel mee met Everton, maar hij is niet meer de held die Manchester United tot grote hoogtes deed stijgen. Het was één en al Spurs wat de klok sloeg. Harry Kane scoorde er twee en werd zo de meest scorende Spurs speler in de Premier League, Jan en Sanchez hadden twee vingers in de neus centraal, Dele Alli is een heel groot talent en Eriksen is inmiddels Barça-niveau. Wat een voetballer is die man. Dat hadden we in de Johan Cruijff Arena natuurlijk al lang gezien, maar wat hij op Wembley liet zien was fenomenaal. Man van de wedstrijd, de maker van de 4-0 en bekroond met een applauswissel in de 86e minuut. 80.000 man klapten hun handen stuk toen de spelmaker werd vervangen door Erik Lamela.

Ik had al gezegd dat er 80.000 man in het stadion zat. En van die 80.000 man moest ongeveer 65.000 man met de metro mee. En dat leverde een A2 op vrijdagmiddag op. Je kon geen kant op. Gelukkig was het gevoel voor ruimte wel redelijk oké, want omdraaien en twee keer rechts afslaan leverde na een korte wandeling toch een plekje vooraan in de rij op. Eindelijk. Eten. En ik had mezelf een Smokey Robinson Beef burger bij Patty & Bun beloofd. Het water loopt me in de mond nu ik dit op zit te schrijven. Na een klein metro-ritje kwamen we aan bij James Street en ik vond de rij voor Patty & Bun nog wel meevallen. Maar als je met vijf boeren ‘Ja, wij hebben nu honger en geen zin om in de rij te gaan staan’ op pad bent, weet je dat je in het zicht van de haven gigantisch gaat stranden. En dus werd het optie B, wat overigens geen verkeerde optie was. Het werden Corona’s met een Bacon en Cheese burger aan de overkant. Die overigens ook niet bepaald beroerd smaakte. Maar toch. Het voelde een klein beetje alsof je heel de avond met een lekker wijf hebt staan sjansen in de kroeg en je uiteindelijk met de lelijke vriendin opgescheept wordt omdat dat lekkere wijf een vriend blijkt te hebben.

Na de burger werd er een biertje gedronken bij een pub om de hoek en begon het vroege opstaan de tol te eisen. Wat je dan nodig hebt om nog eventjes door te kunnen is een opfrisbeurt onder de douche. Dat werd gedaan, maar het probleem aan London is dat rond 11 uur ’s avonds een groot gedeelte van de pubs dicht gaat en er over wordt gegaan naar de clubs waar de entree niet mis is.
We vonden gelukkig nog één tentje waar we terecht konden voor een dansje en een biertje. Dat dansje was een beetje stroef en het bier was werkelijk waar niet te zuipen. Serieus, je kan beter de Oudezijds Achterbrugwal in Amsterdam leegzuipen op een zondagochtend.  Om half drie waren we er klaar mee, nadat ondertekende nog eventjes los mocht op ‘Calvanize’ van de Chemical Brothers. Ik had niks gezegd over de kwaliteit van de muziek, die vond ik prima. De fake taxi in de vorm van een Uber bracht ons weer naar het hotel, waar niet eens afgesloten kon worden met een dikverdiend Malibu’tje cola. De bar in het hotel was dicht en de avondwinkel mocht geen alcohol meer verkopen (..). Toen is het woord 'ballentent' wel een paar keer gevallen kan ik u melden.


De dag erop waren er de nodige opstartproblemen na een korte nacht en een lange dag, maar rond het middaguur bevonden we ons in een veel te krappe fake taxi op weg naar London Luton Airport. Daar werd een pizza als ontbijt genuttigd en weggespoeld met een echte Hollandse Heinie. Die hadden we nodig en verdiend. Na een wedstrijdje boeren laten op het vliegveld (magistraal gewonnen door Rik) gingen we richting ons Easyjet toestel wat ons weer terug naar Amsterdam bracht. Een tripje die kort was, maar 100 procent de moeite waard. En als het aan ons ligt, voor herhaling vatbaar. 

En gelukkig hebben we de foto's nog. Een paar. Wij zijn niet zo van dat fotogeile volk.







Geen opmerkingen:

Een reactie posten