dinsdag 27 mei 2014

Geluk

Tijdens een stille en rustige nachtdienst, denk je wel eens na. Ook al heb je de doorgaans vijf kwartier in een uur lullende topcollega T tegenover je zitten, die zwijgzaam naar het computerscherm zit te kijken. De driehonderdvierentwintigste herhaling van het journaal is op tv. Over pro-Oekraniers en de contra troepen. Ik volg al die shit niet.
Ik moet zeggen dat ik de laatste tijd een beetje achter loop met het nieuws. Op het werk liggen de voetbalpooltjes voor het invullen en meestal ben ik daar als eerste mee om vervolgens in de grauwe en grijze middenmoot te eindigen. Maar het boeit me op de een of andere manier niet. Een blog over het WK volgt ongetwijfeld, daar heb ik mijn gedachten al over laten varen.

Wat doe je tijdens een nachtdienst als je binnen zit? Tamelijk weinig. Ik struin PowNed af, meestal naar de reacties op nieuwsberichten. Waar het nieuws over gaat, boeit me niet. De reacties laten me af en toe hard op lachen. Gevat, Europa-afzeikend, kansenparels, Henk, Ingrid. Het zou zomaar het gastenboek van de PVV kunnen zijn, met af en toe een bomenknuffelaar er tussen. Die vervolgens door de grond wordt geboord door de verdere reacties. Powned.nl. Voor al uw nachtdiensthumor.

En tijdens de nachtdiensten lees ik steevast de blogs van L. Voor de vijfde of zesde keer. Dat boeit me niet. L schrijft leuk. Is leuk ook.

L heeft wel eens geblogd over geluk en hoe gelukkig dat ze is. Het geluk dat ze zelf creëert. Een blog die ik al meerdere malen met een grote glimlach op mijn gezicht heb gelezen. Ik heb L beloofd dat ik haar blogs niet ga delen, omdat ze haar blogs graag voor zichzelf wil houden en wil delen met een bepaald aantal mensen. En die wens respecteer ik.

Maar de blog over het geluk heeft me wel aan het denken gezet. Want geluk kan zijn, dat je gelukkig bent in wat je doet. Dat je kan genieten van de kleine dingen van het leven. En daar ben ik inmiddels een meester in. Ik geniet van de tijd samen met mijn neefjes en nichtje, met de zondagrijders, van een mooie steekpass op het voetbalveld, van een lekker muziekje in de auto of tijdens het douchen, van dat peukie na het eten... Het zijn de kleine dingen in het leven waar je intens gelukkig van kan worden. Vrolijk ben ik eigenlijk altijd wel, gelukkig ben ik ook vaak genoeg.

Geluk kan ook zijn dat je mazzel hebt. Die bal tegen de lat in de laatste minuut, dat soort dingen. Mazzel, dat je denkt: godverdomme Kees, daar kom je goed weg. Dat soort momenten heb ik wel ’s gehad, maar gelukkig niet vaak. Een strook van 200 meter sneeuw op een sneeuwvrije A15 is iets wat ik uit het verleden kan herinneren. Niks gebeurd overigens, toen reed ik nog een betrouwbare auto.
Maar laatst had ik geluk. Op de motor vanuit Amsterdam naar Nieuwaal, op zondagmiddag. Bij de Bommelse brug schoot mijn ketting van mijn motor. Mijn eerste gedachte was dat mijn versnellingsbak er onderuit tiefte, maar mijn tweede gedachte was: sturen naar de vluchtstrook. Na enig onderzoek bleek dus dat de ketting van het tandwiel ontbrak en toen realiseerde ik me dat ik best wel eens hulp van boven heb gehad. Want voor hetzelfde geld schiet de ketting om mijn achterwiel en krijg je hetzelfde effect als wanneer je een tak tussen iemand z’n spaken stopt. Of de ketting schiet voorover het motorblok in. Met de snelheid waarmee ik reed en die noem ik voor de gemoedstoestand van m’n moeder maar even niet had dat gevolgen kunnen hebben. Fatale gevolgen.

Ik had dus geluk. Het geluk dat mijn middelbare schoolmaatje Albert anderhalve dag later in Arnhem niet had. Hij werd op zijn motor over het hoofd gezien door een auto en verongelukte dodelijk, een kind en vrouw achterlatend. Meteen een deja vú. December 2003. Degenen die mij goed kennen weten dan precies wat ik bedoel. En anders is het de moeite om nog eens terug te bladeren door mijn oude blogs.

Albert was een maatje van de middelbare school. We leerden elkaar kennen toen we 13 waren, in de tweede klas van de Havo. Twee grappenmakers bij elkaar, die van elkaar geleerd hebben. Ik leerde van Albert sjekkies draaien. Ik leerde Albert bier drinken. En geloof me, dat zijn op die leeftijd wijze lessen. Ik hou Albert er ook verantwoordelijk voor dat ik van de rock-muziek, waar ik nu zo van hou. Want dat had ik voor mijn dertiende helemaal niet. Maar na het lenen van het zelfgemaakte CD’tje van Albert getiteld ‘Hot Stuff’, was ik om.
Nadat Albert in 2002 zijn middelbare school had afgemaakt, ging hij naar Defensie en daar ben ik hem een tijdje uit het oog verloren. Al kletsten we veel, toen nog tijdens MSN. Tijdens uitzendingen van hem. Hadden we het over top onderwerpen. Zandkastelen bouwen. Konijntjes fokken. Bier drinken. Baarden. Muziek. Kakkerlakken. Vrouwen. MSN, wat een gouden middel was dat.
Via Facebook én de jaarlijkse Drielse kermis bleef er altijd wel een soort van contact. Zelfs bleken we nog een wederzijdse hobby te hebben: motor rijden. We spraken erover tijdens het jaarlijkse biertje tijdens de Drielse kermis. We zouden onze motoren nog een keertje samen uit gaan laten. Bij tijd, gelegenheid en mooi weer.

Tot dat bericht kwam, vorige week dinsdag. Albert is niet meer en de motor rijder uit dat nieuwsbericht van Omroep Gelderland. Talloze reacties op Facebook. Een geliefd persoon. Een warm persoon. Een levensgenieter. Zoals ik Albert ken.

Samen de motoren uitlaten is er helaas niet van gekomen en zal er ook nooit meer van komen. En het biertje op de Drielse kermis ook niet meer.

Eén van de belangrijkste dingen die Albert mij geleerd heeft, is te genieten van het leven, omdat het zo voorbij kan zijn. Het is volslagen kut dat hij zelf deze levensles in uitvoering heeft gebracht. Maar wees gerust: genieten doe ik. En dat blijf ik doen. En dat jaarlijkse biertje op de Drielse kermis wordt een momentje van intens geluk. Want die is niet meer met Albert, maar óp Albert. Op alles wat we elkaar geleerd hebben. Op alles waarom we samen smakelijk en vaak als enige van ‘het bushokje’ hebben gelachen.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten